Muzische Didactiek

‘Het HKU lectoraat Kunst en Professionalisering biedt een lab en een platform om nieuwe concepten, methoden en werkvormen te ontwerpen, te onderzoeken en door te geven.’

 

‘Het HKU Expertisecentrum Educatie ontwikkelt, verbindt en verspreidt kennis over leren en doceren in kunst en creativiteit.’

 

Als verbindende actor tussen het lectoraat Kunst en Professionalisering en het Expertisecentrum Educatie wil ik mij richten op het bieden van een context voor en het realiseren van vaste werkvormen met betrekking tot de output van het lectoraat om deze vervolgens uit te zetten via het expertisecentrum.

Dus, hoe kunnen we muzische professionalisering overdragen, wat voor een werkvormen kunnen we daarvoor gebruiken zodat we alles wat we ontwikkelen kunnen delen via het expertisecentrum.

Dit kan op allerlei manieren vorm krijgen, via een spel, lesmateriaal, workshop of een minor. Ruimte voor eigenheid staat daarbij centraal: muzische didactiek.

 

Tijdens de Maitland Late Sessie zou ik docenten uit verschillende ‘hoeken’ willen uitnodigen en willen achterhalen waar hun kwaliteiten liggen. De deelnemers nemen ieder een voorwerp mee waarmee ze hun les vormgeven (laptop, verf, verhalen, alles kan). Zo zou ik via de eigenheid en kracht van de docent (de docent zelf als uitgangspunt), die zijn/haar bron/werkvorm beschrijft, willen komen tot herhaalbaarheid, een herhaalbaar product voor lessen. De Maitland Late Sessie wordt een echt maakproces. Hoe kan je muzische professionalisering in gang zetten?

 

Tijdens de ‘Muzische leergang voor praktijkonderzoekers’ op 28 augustus 2015 gevoerde gesprekken, kwam naar voren dat de praktijkonderzoekers van onderaf binnen de HKU verandering, muzische professionalisering teweeg moeten brengen. Dit gesteund door hun directeuren waarbij ze voeding halen bij het lectoraat. Onder andere eigenheid en artisticiteit spelen daarbij bij een ieder een centrale rol en vormen een belangrijk uitgangspunt. Met onze werkgroep van vier personen hebben we de persoonlijke kwaliteiten van de andere deelnemers ‘in het licht’ proberen te zetten. Dit door deze letterlijk te benoemen terwijl wij met een brandende kaars om de beurt op een van de deelnemers af stapten.

 

De bron die ik had meegenomen was een speelgoedtreintje. Voelt professionalisering voor docenten als een rijdende trein waar je op moet springen? Of voelt het als iets waarmee je spelenderwijs aan de slag mag? Op het treintje zit ook een spiegel. Hoe zie je jezelf met betrekking tot professionalisering? Hoe reflecteer je op je werk?

 

 

 

Reacties