met aandacht spelen

Reflectie op de sessie waar ik aan heb bijgedragen, over Spelen op de Rand. Over een draadje tussen twee stoelen. Over spelen met volle aandacht.

We zijn in het lokaaltje van onze sessie met een man of 15. Ik sta bij het draadje dat ik heb gespannen tussen twee stoelen. Bij het binnenkomen in het lokaal waren er al twee mensen bijna over gestruikeld. Het draadje dat ik daar heb gehangen om ‘de rand’ te representeren. De rand, de grens. Tussen aan de ene kant dat wat we weten, het bekende, en aan de andere kant het onbekende, het onverwachte, de muzen. Ik vertel daar iets over. Over wat dat voor mij is. Aan de ene kant het onderzoek, waarin ik serieus genomen wil worden. Aan de andere kant de muzen, die ik wil binnenlaten daarin. In mijn achterzak het briefje met wat ik daarover wil zeggen, met ons uitgewerkte draaiboek. Tijdens het vertellen ga ik op m’n hurken, en pak het draadje voorzichtig vast, en voel er aan. Ik zie Tet tegenover mij me aankijken en merk Jos op die vlak naast me zit. En ervaar ook de rest van de groep als een rustige aanwezigheid. Ik zit hier wel goed eigenlijk, zo op m’n hurken. Kalm.

Ik was er ook echt even, op die rand. En ik heb die plek even onderzocht, in het midden van die kring. Deze vorm, waarbij iets van opstellingen terug komen, had ik bewust gekozen. Tot nu toe werkte dit steeds goed voor mij, bracht het me inzichten. Maar dit had ik nog niet in deze setting uitgeprobeerd, met publiek en in mijn eigen variant. En mijn verwachting (en focus) was eigenlijk dat het voor de deelnemers zou werken, ik was er vooral op gericht om het op de rest over te brengen. Maar over de werking voor mezelf had ik eigenlijk gek genoeg geen verwachting. Vantevoren had ik eigenlijk gedacht dat ik in die situatie, met publiek, toch meer een verhaal aan het vertellen zou zijn aan de groep. Me bewust van luisteraars die iets van mij verwachten, waardoor ik onrustig en een tikje gespannen zou zijn. En vast niet echt in staat om echt zelf even te voelen hoe ik op die grens stond.

Maar het werkt dus ook voor mezelf! Ook met publiek. Door het gewoon maar even te doen. Door mezelf letterlijk in die positie te brengen. Een fysieke rand, die ik aan kan raken, waar ik aan kan voelen. Ik kan er dichtbij komen, op m’n hurken. Ik heb de omgeving al zo ingericht dat ie me helpt. Het draadje heeft al een werking op de deelnemers gehad, nog zonder mij. Het spelbord ligt al klaar. De deelnemers voelen ook al dat er twee werelden zijn waar ze blijkbaar links of rechts van zitten. Ik ben niet zo bezig met wat ik bedacht heb om te gaan zeggen, want het gebeurt op dat moment.

Deze werkvorm startte ik, omdat ik bezig was met het dilemma: hoe kan ik me op die grens tussen weten/ niet weten bewegen, hoe kan ik de muzen binnenlaten in mijn onderzoek? Ik had dit voor mezelf vertaald naar de vraag: hoe kan ik spelen zonder doel? Met het idee dat spelen zou helpen, en al te doelgericht zijn de boel platlegt. Deze sessie bracht me het besef dat het helpt om je volle aandacht er in te leggen, er helemaal bij zijn. Dus dat aandachtig zijn hierin belangrijk is. Zonder duidelijk doel/richting, of verwachting van resultaat weliswaar, maar wel benieuwd, alert. Ik heb nu een klein inkijkje in wat me daarin zou kunnen helpen. En ook in wat me dat kan brengen.

Uiteindelijk ging het dus om: Wat gebeurt er als ik met volle aandacht speel? En wat helpt me om dat te doen?

Reacties