Het scenario

Om 15.00 spreek ik Guus Brackel (Bout &Partners) door de telefoon om te onderzoeken of hij met zijn groep 's avonds om 19.15 naar de voorstelling komt. Zijn vraag is 'heb je een titel'? Ik kaats de vraag terug: 'hebben jullie een titel'? Hij vertelt dat ze met een groep van 12 senior deelnemers, allemaal leidinggevenden, vier dagen werken aan het bewust worden van en sterker gehoor geven aan het innerlijk kompas. En hij raadt ons aan de website te lezen. Uit de collectie teksten, tekeningen en muziek waar ik met Anouk Saleming aan bouw maken we een passende selectie en bedenken een passend frame. Daar komt het volgende scenario uit.

We beginnen met muziek en spelen het thema 'voor iedereen is er een lied naar huis'. Dat deden we nog nooit voor publiek en het laatste arrangement in de driekwartsmaat met cellobegeleiding is van vanmiddag. 

Dan vertel ik (Bart) dat ik eerder dit jaar promoveerde op het boek 'muzische professionalisering'. Dat dat gaat over de inspiratie die uitgaat van een oud verhaal, de mythe van de muzen. Kunnen we daar als tegenkracht tegen steeds meer protocol, systeem, verantwoording vandaag opnieuw iets aan hebben. Kunnen de muzen de manier waarop we werken inspireren? 

Toen het boek af was ontstond een drang om te tekenen. Dat is mijn vak helemaal niet. Er waren allerlei interne en externe stemmen die zeiden: 'niet doen! Het is je vak niet, schoenmaker houd je bij je leest'. En toch heb ik doorgezet. Die stem van binnen om het wel te doen hield stand. Ik luisterde er naar ook al was het eng. Ik liet een tekening zien aan Anouk. En kreeg een tekst terug. En zo ontstond een briefwisseling tussen tekeningen en teksten. Dat moedigde aan om door te gaan. Nu werken we aan een voorstelling: maangezichten. Toen Guus ons vanmiddag vertelde dat jullie (de deelnemers) werken aan innerlijk kompas hebben we daar teksten, tekeningen en muziek bij uitgezocht om speciaal voor vanavond deze voorstelling te maken. 

De leidende gedachte is de vraag of dat innerlijk kompas niet eigenlijk te vergelijken is met een stem die hoorbaar wordt. Een stem die je al dan niet zou kunnen volgen. Wat is of zou dat karakter van die stem kunnen zijn? Dat onderzoeken we door er theater over te maken. Die innerlijke stem neemt vanavond verschillende gedaantes aan.

1- de muze.  Het eerste personage is de muze. Kan het innerlijk kompas zijn als de muze die de dichter in zijn oor fluistert?

Ben ik er als je me hoort?

Nu?

Ben ik er nu?

Is mijn stem genoeg om er te zijn?

 

Kunnen wij zijn in de dingen die we achter laten?

Kan ik met mijn stem de eenzame hoeken van je lichaam vullen?

Kan ik de diepten van je donkerste gedachten een bodem geven alleen door te praten?

 

Kan ik je verleiden om samen met mij jouw leegte te betreden als een kathedraal?

We duwen samen de grote zware deuren open

Licht valt door het glas in lood

Onze voetstappen echoën op het marmer

Ik pak je hand

Voel je jouw hand in de mijne?

Of misschien beter: voel je mijn hand in de jouwe?

Want zo om past het beter

Luister je nog nu ik niets meer te zeggen heb?

Nu?

En nu?

 

2- Verleiding

Het tweede personage vertolkt de verleiding. het is een stem die doorgaat ook al zeggen andere stemmen ‘niet doen’. Er gaat dus aantrekkingskracht vanuit ook al zegt iedereen ‘niet doen’. Die stem heeft iets van de rattenvanger van Hamelen in dat kinderverhaal. Van heinde en verre hoor je hem komen en word je onstuitbaar uit je huis getrokken. eruit gesleept. zou zo een innerlijk kompas ook kunnen zijn? je moet wel, de verleiding is te groot, ook al weet je niet waar het je brengt en is er van alles tegen....

Je wijkt van je pad af

Niet doen

Je wijkt af

Ontwijkt lantaarns

Het donker draag je als een jas

Je denkt naar huis kan altijd nog

Je vraagt je af waar je benen je brengen

Je vraagt je af waar je vingers naar grijpen

Een klink

Een deur

Een willekeurige, maar voor jou de juiste

Je gaat naar binnen

Niet doen

In de duisternis neem je waar wat er misschien niet is

Maar wat zich levendig aan je laat zien

Je kunt altijd nog naar huis, denk je

Onzichtbare handen ritsen je jas los

Woord voor woord

Knopen ze je blouse open

Trekken je hemd uit

Maken je riem los

Niet doen

-Waarom klinkt je stem niet?-

Kleden je uit

Armen slaan zich om je heen

-Waar zijn de jouwe?-

Lenige soepele vingers bespelen de snaren van je lichaam

Lippen improviseren een lied op je mond

Een jazzy stem pakt je in met woorden

Niet doen

Deze kamer ademt

Ze rookt verleidelijk de ene sigaret na de andere

Tot je hoofd in rook opgaat

Waar is je huis?

Ik ben je huis

Ik ben de grote warme kamer waar je in mag schuilen

En als je je ogen opent

Zal ik je vertellen wie ik ben

 

3- de nar

Het derde personage is de nar. Zou het innerlijk kompas kunnen verschijnen als de stem van de nar? Het masker, de vermomming, de grap...Een bijdrage die je gemakkelijk weglacht, maar waar je achteraf van denkt 'wacht eens even'.....  

Er zijn mensen die terug kijken,

altijd omkijken

Zij weten precies over welke wegen ze kwamen

Zij houden een draad in hun handen

Voor hen is er altijd de weg naar huis

Zij zien wat ze achterlaten

met elke stap die ze verder gaan:

een moeder, een huis, een brief, een geliefde

Zij komen nooit ver

Zij treuren

treuren

 

Er zijn mensen die vooruit kijken,

altijd verder zien

Zij zijn altijd twee stappen voor op de rest

Zij hebben pleisters op hun knieën

Zij vallen met de deur in huis

en rennen door de achterdeur al weer naar buiten

Voor hen schijnt er altijd licht aan de horizon:

een mogelijkheid, een doel, een oplossing, succes

Zij rennen drie keer de wereld om

Zij verlangen

verlangen

 

En tenslotte zijn er de mensen

die naar de wereld kijken

zoals ze zou kunnen zijn

Dit zijn de mensen die kunnen toveren

Maar niemand gelooft in tovenarij

Daarom verbergen ze zich achter kleren

Ze hijsen zich in vermommingen

Ze dragen maskers over hun ziel

Ze hullen zich in leugens

Kijken om, rennen vooruit

Maar weten wel beter

 

4- de gids, de leermeester of wijze oudere

het is een kwestie van vertrouwen. durf je je te verlaten op het innerlijk kompas. durf je je over te geven? zoals aan een gids in een vreemde stad waar je de weg niet kent, zoals aan een leermeester die je is voorgegaan of zoals aan een wijze oudere die je bij de hand kan nemen? De vierde is de stem die vertrouwen wekt, de stem die de weg naar huis weet. de herkenning.  

Laat je niet verdwalen

door wat er gefluisterd wordt

door wolven en beren op je pad

voor iedereen is er een lied naar huis

 

Ik wijs je de weg

Ik speel voor je

Ik zing

Ik ben de stem in het donker

de danser in de wind

Ik til je op

tot boven de bomen

zodat je de warmte kunt voelen

van de zon,

die in dit bos nooit schijnt

en ook niet in jouw ogen

omdat je dat wat je het liefste hebt niet mag plukken

 

Laat je niet verdwalen

door wat anderen zeggen

door valse beloftes van huisjes van koek

voor iedereen is er een lied naar huis

 

Ik neem je hand

Ik knijp er zacht in

Ik glimlach

Ik ben de broodkruimels in het gras

de stille trom op weg naar huis

Ik draag je mee

in mijn beide armen

zodat je je over kunt geven

aan het ritme

dat in mijn lichaam klinkt

en jou vertelt

dat ik het ben

 

5- (Prille) geliefden

Of is die stem van het innerlijk kompas als de stem van de geliefde? de intimiteit van het nabij voelen. De overgave daaraan. Maar ook dat je niet weet waar die overgave je brengt. dat dat ook eng is. telkens weer. Om in dat intieme te zijn en daar bij te blijven. in elkaars dromen te gaan. de diepten te betreden met en van de ander.

Ik lig met mijn rug tegen je aan

Je slaapt

Ik hoor je ademhaling

Iedere uitademing van jou drijft als een wolkje langs mijn oor

Elk wolkje is een gedachte

Je ademt in om een nieuwe gedachte te vormen

Je voert me mee,

gedachte na gedachte,

tree voor tree,

langs de wenteltrap van de duisternis,

naar de bodem van je slaap

Ik luister naar je gedachten waar je overdag de woorden niet voor vindt

Niets is eerlijker dan de slaap

Ik wil luisteren

en ik wil niet luisteren

Ik ben bang om in jouw duisternis af te dalen

Ik ben bang om op jouw bodem mezelf te verliezen

Ik ben altijd bang geweest voor diepten

Ik laat me meevoeren

alsof ik niet langer zeggenschap heb

over mijn lichaam

Misschien ben ik zelf al in slaap gevallen

Ja, dat zal het zijn

Ik slaap

Je hartslag is het ritme

Je adem is de melodie

In het lied van de slaap vertel je wat je echt te zeggen hebt

En ik luister

Ik laat me meevoeren

dieper en dieper

eerlijker en eerlijker

Bang voor jouw dromen

en de mijne

Want ik weet dat ik op ditzelfde moment

in mijn adem mijn verhaal aan jou vertel

 

6- je bent het zelf 

Wat is er nog nader dan de liefde? Dat ben je zelf. Tenslotte in het zesde personage blijk je het natuurlijk zelf te zijn en is je innerlijk kompas als een spiegelbeeld, een alter ego, de mogelijkheid jezelf opnieuw te bezien. Even uitstappen om naar jezelf te kijken. Wat doe ik eigenlijk? wat zeg ik eigenlijk? Je weegt je woorden. waardeert en herwaardeert.

Er zijn woorden

die raken

Er zijn dezelfde woorden

die niets zeggen

 

Woorden kunnen

gevuld zijn of leeg

Woorden kunnen barsten

Ze kunnen openscheuren

lekken

Ze kunnen hun laatste adem uitblazen

leeglopen

en sterven

 

Elk levend woord weegt minstens 21 gram

Daarom vind ik het zo zwaar

om echt te zeggen wat me in hemelsnaam bezielt

Weet je wel wat alleen

‘in hemelsnaam’ al weegt?

 

Ik ben voorzichtig met wat ik zeg

Geen enkel woord mag barsten

omdat ik het zomaar laat vallen

omdat ik het gewicht verkeerd heb ingeschat

 

Ik ben bang dat mijn woorden sterven

tussen mijn mond en jouw oor 

Reacties