Artistry of the Teacher

In de onderzoekgroep 'Artistry of the Teacher' werk ik samen met Hanke Drop, Gert Biesta, Saar Frieling, Patrick van der Bogt, Pieter Baay en Thieu Besselink. We zijn gefascineerd door de gedachte dat in lesgeven kunstenaarschap ligt besloten. En dat misschien juist dat kunstenaarschap de weg wijst naar waar 'het' gebeurt. We merken ook dat het niet makkelijk is om onze fascinatie analytisch tegemoet te treden. Dat kunstenaarschap van de leraar laat zich niet vangen met een lijstje van 'wat moet je dan kennen of kunnen'. Net of het dan ontsnapt en verdwijnt. Misschien moeten we er niet te rechtstreeks over spreken en is het beter om er omheen te bewegen? Dat vroegen we ons in de laatste sessie af. In bijgaande tekst 'Artistry of the Teacher' is mijn fascinatie dat elke les een eigen karakter heeft. Ik doe een verkenning door met een poëtische benadering een kleine verzameling aan te leggen.

Artistry of the Teacher  

Ik stel me de leraar voor als kunstenaar op het moment van het binnenstappen in de klas. De leerlingen of studenten zijn al aanwezig. Geroezemoes, tassen, stemmen, spullen, tafels, stoelen, lichamen. De aarzeling op de drempel, zoals een performer tussen de coulissen nog niet zichtbaar voor het publiek, zelf toch al even kijkt naar wat er te verwachten valt. Of zoals de leraar voor het binnenstappen nog een moment omkijken naar een collega die een andere klas binnenstapt en het onder-ons-van-de-lerarenkamer nog even rekken met een kleine opmerking. Dan de stap naar binnen. Laat ik nu, voor dat wat er dan gebeurt, de ontwikkelpsychologie, de leerdoelen, de beoogde kennisinhouden en de samenhang met de rest van het curriculum eens terzijde schuiven. Laat ik de les en alles wat zich daarin afspeelt tussen leraar en leerlingen zien als het ontvouwen van de wereld van de verbeelding. De les die zich als een voorstelling afspeelt in de tijd zoals theater, muziek, dans en film dat doen. Wat zie en hoor ik dan? De deur gaat dich. We verlaten de kloktijd en komen in de speeltijd. Wat gaat het worden?

Er zijn lessen die in een zucht voorbij gaan en er zijn lessen waarin je de tijd zou willen duwen.

Er zijn lessen die zo actueel zijn dat je ze alleen vandaag kan geven en daarna nooit meer en er zijn lessen die tijdloos zijn, zelfs tien jaar later hebben ze nog niets aan relevantie verloren: je geeft ze nog steeds.

Er zijn lessen met de snelheid van houtskool op papier. Een paar vegen en accenten en de voorstelling staat. En net zo snel zijn ze weer uitgeveegd ook. Anderen lessen hebben het geduld dat nodig is om olieverf te laten drogen en dan pas verder te gaan. Weer andere lessen zweren bij aquarel. Ze zijn voorzichtig om over iets heen te kleuren dat er al staat. Dan wordt het smoezelig.      

Er zijn lessen met open monden en dichte oren, maar ook lessen met dichte monden en open oren, lessen met een hart maar zonder hoofd, lessen voor het hoofd maar zonder hart, lessen met en zonder handen, lessen met loopneuzen, met kriebelhoest, met luizenhoofden en lessen met zweetluchtjes.

Een enkele keer is er een les waarin iemand toevallig het stuk Spiegel im spiegel van Arvo Pärt noemt. Ik heb het zelf nog maar één keer meegemaakt. Je zegt: laat eens horen. De leerling zet het op en alles komt  daarna vanzelf.

Er zijn lessen die voorafgegaan worden door buikpijn, je weet dat er iets niet goed zit, maar niet precies wat, je voelt dat er iets gaat schuiven, maar je weet niet wanneer en hoe. Je merkt het wel. Het is onvermijdelijk. 

Er zijn lessen die gevolgd worden door geluk. Opgetogen door de opbrengst of door de opluchting dat het klaar is. 

Er zijn lessen waarin je al in het lokaal bent maar de leerlingen nog niet. Je kan je er geen voorstelling van maken hoe het zal zijn als ze komen, als ze al komen….komen ze wel? 

Sommige lessen beginnen telkens opnieuw, er komt iemand binnen, er is een onverwacht verhaal, je raakt zelf de draad kwijt. Andere lessen vallen binnen in het midden. Het duurt even voordat je beseft waar je bent, waar vandaan gekomen en waarheen op weg. Sommige lessen wachten eindeloos op een goed einde dat maar niet komt. 

Er zijn lessen die heroïsch beginnen. Denk aan het openingsmotief van de vijfde symfonie van Beethoven.  Dit wordt een grootse les lijken de eerste woorden te zeggen. En met diezelfde nadruk die eerste drie woorden-noten nog eens herhalen. ‘Hier ben ik’ zegt de les. ‘Dat zal je weten’!    

Er zijn lessen waar de tederheid van klaprozen in de lucht hangt, kijken mag, ook van dichtbij, kleur en tekening worden er alleen maar intenser van, maar raak ze niet aan, dan vallen de bloemblaadjes er af. 

Er zijn lessen waar een gedegen achtergrond in de gevechtskunst zou helpen. Worstelen of jiu jitsu ofzo. Waar je niet alleen moet proberen de leerling te pakken te krijgen, maar ook voortdurend je eigen dekking goed in de gaten moet houden.   

Er zijn lessen waarin de leraar als een evenwichtskunstenaar over een, tussen twee wolkenkrabbers gespannen, draad loopt, om bekeken door velen, die beneden staan, de overkant te bereiken. Men vergaapt zich en wat is het eng. 

Er zijn lessen in verdriet, lessen in heimwee, lessen in rouw, lessen in verlies, lessen in omkijken, lessen in bij de pakken neerzitten en lessen in het tragische van dat wat nooit zal lukken.   

Er zijn lessen in schoonheid, in hoop, in verlangen. lessen die toekomsten voorspiegelen die nog moeten komen, ja later, ja later zeggen ze. Maar nu nog niet.   

Er zijn gewone lessen. Alles en iedereen kent zijn plaats. Zoals de noten van een toonladder. Heen en weer terug. Heen en weer terug. Zonder verrassingen precies weten wat er komt. En dat dat precies het goede is. 

Er zijn lessen die je voor het grootste deel cadeau krijgt. Dan ben je net bezig als het onverwachte aan de deur klopt. Laat je het binnen of houd je vast aan je plan? Je laat het binnen. Waarom zou je er nee tegen zeggen? Iedereen is op slag nieuwsgierig. Jij ook. Wat gaat er gebeuren? Bedankt zeg je aan het slot. Je staat bij de deur en laat het onverwachte hoffelijk uit.    

Er zijn lessen waarin je je eigen opstandigheid als een vurig paard in toom moet houden. Briesend wil je door de orde banjeren, niet langer stapvoets gaan maar galopperen. Je trekt aan je eigen teugels en bijt op het bit met schuim rond je mondhoeken. Ho eens even: rustig aan jij!      

Er zijn lessen die doen denken aan de kunst om blaadjes tot figuren te vouwen. Je begint vierkant, overzichtelijk en rechttoe, rechtaan, maar met elke vouw die je in je les legt ben je op weg naar een papegaai, een bootje of een bloem. Je moet vertrouwen op de handelingen, want het beeld waar je aan werkt zie je pas tegen het eind in volle glorie verschijnen.

Er zijn lessen die draaien om de stilten tussen de zinnen. Om precies dat wat niet gezegd wordt. 

Er zijn lessen.

Bart van Rosmalen

Reacties